Powered by
![](https://www.nobveenweiden.nl/wp-content/uploads/2021/06/footer.png)
De rapportage van de eerste vijf meetjaren van
het NOBV is eind 2024 opgeleverd. Daarnaast
zijn op deze pagina tussenrapportages, rapportages
over SOMERS, de rekenregels en het dashboard,
en de haalbaarheidsstudies te vinden.
2024 is het vijfde meetjaar van het NOBV. In het najaar van 2024 is de eindrapportage over eerste fase van het NOBV opgeleverd. Deze is onderverdeeld in drie niveaus:
De wetenschappelijke papers vormen de basis voor de integratierapporten en de kernvragen. Alle cijfers en uitspraken uit de kernvragen worden onderbouwd in de integratierapporten.
De integratierapporten en kernvragen zijn onderverdeeld in de volgende onderwerpen:
Eind 2023 is SOMERS 2.0 opgeleverd. SOMERS (Soil Organic Matter Emission Registration System) kan voor veenbodems en moerige bodems in de kustvlakte de CO2-uitstoot bepalen onder verschillende omstandigheden bij verschillend (water)beheer. SOMERS 1.0, dat in 2022 is opgeleverd, is een procesmodel waarmee de CO2-uitstoot op perceelsniveau kan worden berekend door op basis van landelijke datasets over het weer, bodem- en perceelskenmerken aannames te maken over de afbraakcondities, zoals bodemvocht en bodemtemperatuur. Voor SOMERS 2.0 zijn zowel de modelconcepten als de kalibratie van het model aanzienlijk uitgebreid en verbeterd. De rapportage over SOMERS 2.0 bestaat uit drie onderdelen:
Het registratiesysteem wordt gebruikt om de ontwikkeling van de broeikasuitstoot in het verleden te bepalen ten behoeve van monitoring, om de huidige uitstoot van Nederland te bepalen, en om de toekomstige uitstoot te bepalen onder gestandaardiseerde omstandigheden. Deze laatste toepassing zijn de rekenregels. De rekenregels op basis van SOMERS 2.0 zijn in december 2023 gepubliceerd en deze vervangen de rekenregels die zijn gemaakt met SOMERS 1.0. Doelgroep voor de rekenregels zijn partijen en organisaties die bij het bepalen van de strategie in het veenweidegebied een inschatting van de mogelijke effecten van maatregelen op gebiedsniveau willen berekenen.
Ga naar de rekenregels SOMERS 2.0
Bij het publiceren van de eerste versie van de rekenregels van SOMERS 2.0 zijn de onderliggende rapportages nog niet gereed. Om toch aandachtspunten bij het gebruik mee te kunnen geven is een pdf met Technische aandachtspunten bij gebruik opgesteld. In de loop van 2024 zullen de rapportages over SOMERS 2.0 gereed zijn, voor een uitgebreidere toelichting van het hele registratiesysteem SOMERS en alle recente aanpassingen wordt daar naar verwezen.
De rekenregels SOMERS 2.0 zijn verwerkt in het ‘Dashboard SOMERS 2.0 Rekenregels’. Het dashboard is bedoeld voor grondeigenaren en -gebruikers om op een eenvoudige manier (aanklikken van percelen) inzicht te krijgen in de met de rekenregels berekende CO2-emissie van mogelijke maatregelen.
Tussen 26 april en 8 mei zijn er aanpassingen aan het dashboard doorgevoerd waardoor de resultaten van de berekeningen anders kunnen zijn dan voorheen. Hieronder vindt u een toelichting:
Ga naar het Dashboard SOMERS 2.0 Rekenregels – versie van voor 26 april
Ga naar het Dashboard SOMERS 2.0 Rekenregels – versie van na 8 mei
Verhoging van het slootpeil en infiltratie van graslandpercelen met water lijken geschikte instrumenten om de uitstoot van broeikasgassen door afbrekend veen te beperken. Dat is een van de voorlopige onderzoeksresultaten van het NOBV, uitgevoerd door een consortium van universiteiten en kennisinstellingen onder regie van STOWA. Van andere maatregelen zijn nog te weinig gegevens beschikbaar om nu al uitspraken te kunnen doen over de effectiviteit. Het NOBV, gefinancierd door het ministerie van LNV, onderzoekt op verschillende locaties de effecten van waterinfiltratiesystemen, natte teelten en bodemaanpassing. Het NOBV levert ook een methodiek voor de monitoring op.
Van een simpele, of allesomvattende oplossing is geen sprake. De resultaten van het NOBV tot nu toe laten zien dat verhoging van het slootpeil en passieve en actieve waterinfiltratiesystemen in het algemeen effectief zijn als maatregel om broeikasgasemissies uit veengronden tegen te gaan. Tegelijk komt uit het onderzoek van het NOBV naar voren dat bij de uitstoot veel factoren een rol spelen, zoals bodemtemperatuur, bodemvocht, pH, het type gewas en de samenstelling van het veen. Ook blijkt uit onderzoek dat methaanemissies kunnen optreden bij vergaande vernatting van graslanden met grondwaterstanden boven 20cm onder maaiveld, bij natte teelten en natuurontwikkeling. Echter is het op dit moment nog te vroeg om hier goed onderbouwde uitspraken over te kunnen doen. Het eind 2019 gestarte NOBV loopt nog door tot in ieder geval 2024.
Rapportage
De rapportage over het derde meetjaar is uitgesplitst in papers over verschillende onderwerpen. Een aantal papers is al gepubliceerd. Een aantal papers zijn in afwachting van wetenschappelijke reviewing nog niet gepubliceerd. Deze zullen gepubliceerd worden zodra de reviewing heeft plaatsgevonden.
Beschikbare deelrapporten, de samenvatting gebaseerd op alle papers, de reeds gepubliceerde papers en de stand van zaken notitie zijn hier te vinden:
Webinar
Bekijk hier het webinar over de eerste resultaten van het NOBV.
Om te bepalen of de reductiedoelstelling van 1 Mton uit veenweiden zoals vastgelegd in het Klimaatakkoord op termijn daadwerkelijk wordt gehaald, moet de landelijke CO2-uitstoot reductie in het veenweidegebied jaarlijks worden bijgehouden. Daarvoor is het registratiesysteem SOMERS (Subsurface Organic Matter Emission Registration System) ontwikkeld. Met SOMERS zijn rekenregels bepaald die als indicatieve ondersteuning kunnen dienen bij het bepalen van de effecten van voorgestelde maatregelen op de broeikasgasuitstoot in het veenweidegebied.
De rapportage over SOMERS 1.0 die in december 2022 is opgeleverd dient als achtergronddocument bij de rekenregels. Ook worden de monitoringsfilosofie en redenatielijn die hebben geleid tot de totstandkoming van SOMERS beschreven. Tot slot bevat de rapportage twee technische bijlagen waarin de onderliggende rekenmodellen van SOMERS worden toegelicht.
De rapportage vindt u hier:
> Rapportage over SOMERS 1.0
> Bijlagen bij rapportage SOMERS 1.0
> Rapportage SOMERS 1.0 met bijlagen
De rekenregels zijn hier te vinden.
Om te bepalen of de reductiedoelstelling van 1 Mton uit veenweiden zoals vastgelegd in het Klimaatakkoord op termijn daadwerkelijk wordt gehaald, moet de landelijke CO2-uitstoot reductie in het veenweidegebied jaarlijks worden bijgehouden. Daarvoor is het registratiesysteem SOMERS (Subsurface Organic Matter Emission Registration System) ontwikkeld. Met SOMERS zijn rekenregels bepaald die als indicatieve ondersteuning kunnen dienen bij het bepalen van de effecten van voorgestelde maatregelen op de broeikasgasuitstoot in het veenweidegebied. Het zijn inschattingen voor ‘karakteristieke’ situaties in drie verschillende gebieden in Nederland. De modellen waarmee deze rekenregels zijn opgesteld hebben als hoofddoel het monitoren van de reductie van emissie van broeikasgassen, en kijken dus naar het peilgestuurde veenweidegebied in heel Nederland.
De rekenregels voor de karakteristieke’ situaties in drie verschillende gebieden in Nederland en een toelichting op het gebruik van de rekenregels zijn hier te vinden.
In het Klimaatakkoord is afgesproken dat de emissie uit veenweiden moet worden verminderd met 1,0 Mton CO2 per jaar in 2030. Om meer inzicht te krijgen in de huidige emissies en de effecten van maatregelen op de broeikasgasemissies is het Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden (NOBV) gestart in december 2019. Het NOBV meet op verschillende locaties verspreid door het Nederlandse veenweidebied aan verschillende maatregelen: waterinfiltratiesystemen, natte teelten en bodemaanpassing.
De onderzoeksresultaten van het NOBV worden in 2024 opgeleverd. In het najaar van 2021 zijn de eerste twee meetjaren afgerond en zijn de eerste bevindingen opgetekend in een data-analyserapport. Een belangrijke constatering na deze eerste twee meetjaren is dat de werking en effectiviteit van maatregelen complex is. Effecten van maatregelen zijn afhankelijk van specifieke condities. Resultaten kunnen dus per gebied en van jaar tot jaar verschillen. Dat betekent dat huidige bevindingen voorlopig zijn; er zijn meer meetjaren nodig om conclusies te kunnen trekken. De eerste bevindingen zijn onder te verdelen in vijf hoofdpunten:
In de komende jaren worden de metingen op de bestaande locaties voortgezet en wordt het aantal meetlocaties verder uitgebreid. Zo komen er meetlocaties bij waar aan de nieuwe maatregel klei in veen gemeten gaat worden. Ook worden er verkennende metingen aan verschillende natte teelten, zoals veenmos, cranberry en miscanthus, opgezet. Daarmee wordt het inzicht in de effecten van deze maatregelen vergroot. Door meer data te vergaren worden de onzekerheden steeds verder verkleind.
De rapportages vindt u hier:
> Operationele jaarrapportage 2020-2021
> Data-analyse 2020-2021
> Meetprotocol
Het NOBV heeft in 2022 aan het Louis Bolk Instituut (LBI) gevraagd een literatuurstudie te doen naar het effect op lachgasemissies uit de bodem van droogval bij natte teelten. Binnen VIPNL natte teelten wordt onderzoek gedaan naar en ervaring opgedaan met mogelijke teeltsystemen voor natte teelten. Vanuit dit onderzoek is er ook behoefte aan meer inzicht in mogelijke lachgasemissies bij natte teelten.
Droogval is een mogelijke methode om enerzijds methaanemissies uit natte teelten te beperken, maar op basis van onderzoek uit rijstteelt en veenweiden valt af te leiden dat droogvalomstandigheden anderzijds mogelijk juist kunnen leiden tot lachgasemissies. Daarnaast zou droogval ook CO2-emissies kunnen opleveren.
Het plan om in het lisdoddeveld in Zegveld met tijdelijke droogval te experimenteren was aanleiding voor de vraag aan het LBI. Op basis van de resultaten is geconcludeerd dat het zinvol was om bij dit experiment ook lachgasemissies te gaan meten. De resultaten van dit eerste meetjaar voor lachgas volgen nog.
Bekijk de literatuurstudie hier.
Het NOBV richt zich op het kwantificeren van broeikasgasemissies in de veenweidebodem en het bepalen van effectieve maatregelen om emissies tegen te gaan. De haalbaarheid van deze maatregelen is, naast het effect op veenafbraak, ook afhankelijk van andere factoren. Daarom heeft het NOBV de technische en maatschappelijke haalbaarheid van maatregelen geïnventariseerd vanuit verschillende perspectieven, namelijk:
Deze inventarisaties hebben in beeld gebracht welke factoren relevant zijn voor de haalbaarheid, welke kennis daarover al beschikbaar is en welke vragen nog beantwoord moeten worden om een goede afweging te kunnen maken voor bepaalde maatregelen. De inventarisaties geven daarmee nog niet op alle vragen antwoord, maar bieden wel een heldere voorzet voor nieuw op te zetten onderzoeken en pilots.
In 2024 is het rapport Waterkwantiteit en waterbeheer in samenwerking met het STOWA programma Veen en Water geactualiseerd.
Lees hier meer over de haalbaarheidsstsudies
Eind 2020 is de rapportage van het eerste meetjaar opgeleverd. Van de rapportage is een samenvatting gemaakt, bedoeld als overzichtelijke kennismaking met het NOBV. Ook is een eerste versie van het meetprotocol opgeleverd.
De rapportage van het eerste meetjaar vindt u hier:
> Rapportage 2019-2020
> Bijlagen bij rapportage 2019-2020
> Samenvatting eerste meetjaar NOBV (2019-2020)
> Meetprotocol versie 1